Schedels van kristal.
In het Canadese stadje Kitchener bevindt zich in het huis van een vrouw van inmiddels in de 90 een kostbaar voorwerp dat de wereld nu al meer dan 70 jaar fascineert. Het gaat om een anatomisch volmaakt vormgegeven menselijke schedel die gehouwen is uit een enkel stuk kwartskristal, inclusief een afneembare kaak en 32 tanden. De eigenares, Anna Mitchell- Hedges, zegt het kunstvoorwerp te hebben opgedolven uit de ruïne van een Maya- tempel die ze in haar tienerjaren samen met haar vader bezocht toen ze bezig waren met een expeditie naar mogelijke resten van Atlantis.
Wat vooral zo verbijsterend is aan deze schedel is hoe deze is gemaakt. Kwarts- kristal behoort tot de hardste materialen die we kennen, maar desondanks heeft het gereedschap dat voor het maken van de schedel gebruikt moet zijn daar geen enkel spoor op achtergelaten. Vooral wanneer de schedel in het volle zonlicht staat lijkt het wel een echte schedel die als bij toverslag verandert is in glas. Zo mogelijk nog indrukwekkender zijn de als prisma's uitgevoerde ogen, die zo zijn vormgegeven dat ze elk licht dat erop valt bundelen, waardoor de hele schedel griezelig oplicht. Opmerkelijk genoeg hebben deskundigen gezegd dat zelfs met de tegenwoordig beschikbare technieken dit verbluffende staaltje vakmanschap niet is te evenaren.
Dit is echter lang niet het enige raadsel rond "de schedel van Mitchell- Hedges", zoals hij wel wordt genoemd. Dit griezelig aandoende voorwerp zou een overblijfsel moeten zijn van een reeds lang teloorgegane beschaving? Heeft het speciale krachten, zoals door sommigen wel is geopperd? Of is deze schedel- zonder meer de fraaiste van de tien, twaalf die er over de hele wereld zijn- gewoon een knap staaltje bedrog?
De ontdekking.
Begin jaren "20 toog een kleurrijk gezelschap avonturiers naar het in Midden- Amerika gelegen Brits- Honduras (het huidige Belize), om daar op zoek te gaan naar de verdwenen wereld van Atlantis. Mike Mitchell- Hedges stond aan het hoofd van een team waar ook zijn dochter Anna en zijn levenspartner, lady Richmond Brown, deel van uitmaakten, evenals dr. Thomas Gann, een onverschrokken voormalig legerarts. Dit waren ook de namen die figureerden in de verklaring die Anna Mitchell- Hedges in februari 1968 ondertekende, waarmee ze bezwoer dat op de expeditie naar Lubaantun in 1924 wel degelijk buitengewone zaken waren voorgevallen. In het Engels vertaald betekend "Lubaantun" "stad van de omgevallen stenen". Dit was dan ook precies wat de expeditieleden daar in het oerwoud aantroffen: een stad in ruïne, ooit gebouwd door de Maya's, het volk dat kon bogen op een beschaving die terugging tot circa 1500 v.Chr. en die op zeker moment op een veel hoger plan stond dan welke cultuur in het Westen dan ook.
Vergane stad.
Deze vegane stad omspande een gebied dat 6 km2 groot was en omvatte piramiden, terrassen, onderaardse gewelven en zelfs een amfitheater waar wel 10.000 mensen in konden. De expeditieleden besloten de stad te doorzoeken. Bij graafwerkzaamheden aan de resten van de tempel zou men toen gestuit zijn op de kristallen schedel. "Ik vond de schedel begraven onder het altaar", verklaarde Anna later plechtig. "En drie maanden later is toen de kaak gevonden, ruim 7 meter verder". Hoewel in de loop der jaren de nodige twijfel is gerezen omtrent de hele gang van zaken, alsook over de authenticiteit van de schedel, heeft Anna nooit een moment van onzekerheid laten doorschemeren in haar lezing van het gebeurde.
Een schedel met een vloek?
Na de ontdekking heeft de schedel in de loop der jaren aanleiding gegeven voor legendevorming. Vooral de mare dat er een vloek op zou rusten bleek onuitroeibaar. "Mijn vader geloofde dat die alleen iemand zou treffen die respectloos met de schedel omsprong", beweert Anna Mitchell- Hedges. "Anders had hijzelf helemaal snel dood moeten gaan toen hij hem gevonden had, en niet nog 30 jaar in blakende gezondheid kunnen blijven leven. De acht keer dat hij door een kogel werd getroffen, en de drie messteken die hij tussendoor nog kreeg hebben hem niet kunnen deren. Niet dat hij voor die schedel in gebed op zijn knieën lag, maar hij omringde 'm wel met eerbiedige zorg".
Niettemin deed Mitchell- Hedges in zijn in 1955 verschenen autobiografie heel terughoudend over het moment van de vondst. "Hoe ik er precies aan ben gekomen houd ik voor mezelf", schreef hij. Er zijn mensen die daarin reden zagen om te spreken van een groots opgezet bedrog. Omdat Anna Mitchell- Hedges de schedel uitgerekend op haar 17de verjaardag ontdekte, kan het volgens sommigen best zo gegaan zijn dat haar vader hem daar opzettelijk had neergelegd, opdat zij hem dan zou vinden, als verjaardagscadeau. Bovendien verscheen in 1936 van de hand van de Britse antropoloog G.M. Morant een artikel in het academisch tijdschrift Man ("Mens"), waarin hij twee kristallen schedels vergeleek. Een daarvan zou de fameuze schedel zijn waar een vloek op rustte, maar van een schedel van Mitchell- Hedges repte het artikel niet: volgens de auteur behoorde de schedel destijds toe aan Sydney Burney. Verder onderzoek in de jaren "80 door Joe Nickells, een sceptisch ingestelde Amerikaan, wees uit dat Burney, die kunsthandelaar was, de schedel zou hebben gekocht van een geheimzinnige verzamelaar en dat hij daarvoor in het bezit was geweest van "een Engelsman". Eerst wilde Burney de schedel laten veilen bij Sotheby's, maar uiteindelijk verkocht hij hem in 1944 aan Mitchell- Hedges voor 400 pond.
Fantastisch produkt?
Toen Nickells de dochter van Mitchell- Hedges met dit bewijs confronteerde, zwichtte ze niet maar hield haar verklaring staande. Haar verhaal kwam erop neer dat haar vader Burney de schedel in bewaring had gegeven, als onderpand voor een lening. In 1944 had hij hem daarom niet gekocht, maar ingelost. Maar zelfs als met "de Engelsman" Mitchell- Hedges bedoeld zou zijn, verklaart dat nog niet hoe de schedel dan in 1924 in Midden- Amerika kan zijn gevonden. Van Mitchell- Hedges is bekend dat hij over een levendige fantasie beschikte en dat hij er niet voor terugdeinsde dingen erbij te verzinnen. Zo beweert hij in zijn autobiografie ten onrechte dat hij in de slag bij Laredo zou hebben gevochten aan de zijde van Pancho Villa, de grote Mexicaanse revolutionair. In 1928 verloor hij een proces wegens smaad dat hij had aangespannen tegen een dagblad dat geschreven had dat hij in zijn zucht naar publiciteit een inbraak bij zichzelf had geënsceneerd. Het is daarom heel wel mogelijk dat hij ook de vondst van de schedel heeft "gearrangeerd", als verrassing voor zijn innig geliefde adoptiefdochter. In de collectie van het Museum van de Mens in Londen bevindt zich een soortgelijke schedel als die van Mitchell- Hedges. Volgens de conservator van het Museum, Colin McKewan, is er aan deze schedel weinig mysterieus: "Over onze schedel is al heel wat onzin geschreven, maar hij stamt vrijwel zeker uit het eind van de 19de eeuw. Anders stond hij nu in het nationaal museum van Mexico, op de afdeling Oude Kunst", aldus McKewan.
Ian Freestone van de afdeling onderzoek van het British Museum heeft onlangs een paar tests uitgevoerd met het object. "We hebben gekeken naar hoe de schedel is bewerkt, en naar bepaalde onderdelen, de tanden bijvoorbeeld. Het bleek dat het met een slijptol is gedaan", zo vertelde hij.
Het mysterie nog niet ten einde.
De schedel van Mitchell- Hedges blijft tot op heden echter een mysterie. In 1970 zei Anna Mitchell- Hedges, de schrijver van het boek: "Soms heb ik er gewoon spijt van dat ik de schedel niet mijn vader mee het graf in gegeven heb. Uiteindelijk was dat er toch de beste plaats voor geweest, denk ik".
Ze beklemtoonde bovendien dat ze er nooit toestemming voor zou geven om de schedel te gebruiken voor pseudo- mystieke doeleinden. Zij gaf 15 jaar later toch toestemming de schedel te laten bestuderen door drie Californiërs die zich bezighielden met de genezende kracht van kristallen. Hun bevindingen legden ze neer in een boek, Mysteries of the Crystal Skulls Revealed ("Het geheim van de kristallen schedels") waarin het trio schreef dat deze schedels, waaronder die van Mitchell- Hedges, een ongekende energie en wijsheid zouden bevatten, en als een soort videocamera's beelden uit het verleden in zich hebben opgeslagen.
Het lijkt erop dat de vrees van Anna Mitchell- Hedges, dat de New- Age de schedels met een geheimzinnige waas zou omgeven, gegrond is geweest.
Ondanks alle tegenstrijdige aanwijzingen en veronderstellingen blijft één ding zeker, en dat is dat we hier met een uitzonderlijk staaltje vakwerk te maken hebben. Degene die de schedel vervaardigd heeft, wie het ook geweest moge zijn, beschikte over een fenomenaal vakmanschap.