Zingende vogels houden zich aan grammaticaWoensdag 11 maart begint de Boekenweek 2009. Dit jaar is het thema ‘Tjielp tjielp – De literaire zoo’. Jelle Zuidema, cognitiewetenschapper aan de Universiteit van Amsterdam, onderzoekt de verschillen en overeenkomsten tussen vogelzang en menselijke taal.Tjielp tjielp is het geluid dat een mus maakt, maar het is ook het thema van de Boekenweek 2009. Het tjielpen heeft voor mussen waarschijnlijk een belangrijke sociale functie, maar voor wetenschappers zijn het een beetje saaie geluiden. Veel interessanter zijn de complexe liedjes van bijvoorbeeld de merel of de nachtegaal. Cognitiewetenschapper Jelle Zuidema doet onderzoek naar de verschillen en overeenkomsten tussen menselijke taal en vogelzang. “Vogelzang heeft nauwelijks betekenis. De enige functie van de zang is om vrouwtjes aan te trekken en mannetjes af te schrikken. Het is niet zo dat zangvogels hele gesprekken voeren.”
Jelle ZuidemaVogelzang is daarmee onvergelijkbaar met het menselijk taalvermogen. Zuidema vertelt dat het talent voor taal dat de mens heeft, uniek is in de natuur. In menselijke taal worden niet alleen betekenisloze klinkers en medeklinkers samengevoegd tot woorden. Ook worden woorden op een betekenisvolle manier samengevoegd tot zinnen - en zelfs tot hele verhalen. Geen aap of vogel lijkt dat na te kunnen doen.
Spits vermijdenToch is er veel te leren van onderzoek naar parallellen. "In dierencommunicatie kunnen we een deel van de complexiteit van de menselijke taal terugvinden. De zang van sommige vogels heeft een structuur waarin veel grammaticaregels te ontdekken zijn. Maar deze regels veranderen niets aan de betekenis, al zie je soms dat hoe meer herhalingen van een moeilijke noot de vogels maken, hoe meer ze andere vogels imponeren."
Bij sommige zangvogels vinden we zelfs ook zoiets als een muzikale traditie, die door de jaren heen verandert, vindt Zuidema. "Er zijn aanwijzingen dat de stad van grote invloed is op de zangcultuur van vogels. Als je bijvoorbeeld merels die in de natuur wonen vergelijkt met merels in een stad, dan valt op dat de merels die in de stad wonen vroeger beginnen met zingen. Dit komt omdat de stadsvogels de spits willen vermijden. Op het moment dat merels gaan zingen als er een groot aantal auto's voorbijraast, zijn ze niet meer te horen. En dus hebben ze hun gedrag aangepast, zodat hun gezang toch te horen is voor hun soortgenoten."
bron: Kennislink.nlzie ook:http://staff.science.uva.nl/~jzuidema/